Geboorte van de kliniek.

Foucault is een meester in het naar boven halen van obscure feiten en fenomenen om daaraan grote theorieën te koppelen. Dat lukt soms, maar vaker nog moeten dan de dingen herzien worden. In dit hoofdwerk van hem onderzoekt hij hoe tussen 1770 en 1825 de grondslagen van de moderne geneeskunde worden gelegd. Het is de evolutie van het catalogeren van ziektes, naar de empirisch-klinische observatie ervan. Het is de ontwikkeling van de pathologische anatomie. Dat verandert tevens het mensbeeld: de mens gaat ook in empirische, afstandelijke, rationele taal over zichzelf spreken. De mens kan afstand van zichzelf nemen, boven zichzelf uitzweven. De uitgave van Boom is voorbeeldig. (HG)

M. FOUCAULT, Geboorte van de kliniek., Amsterdam (Boom), 2008
34,5 EUR