Christian Homes. Religion, Family and Domesticity in the 19th and 20th Centuries.

In de reeks “KADOC-Studies on Religion, Culture and Society” verscheen zopas het veertiende deel. Het is een heel bijzonder volume geworden dat aandacht besteedt aan de cultus van de huiselijkheid die in de 19de eeuw ontstaat, ook in katholieke middens. Het is de periode waarin het moederideaal van ‘de engel in huis’ ontstaat. Het ideaal van het afgesloten huis blijkt echter een latere projectie te zijn. In die oude periode zijn er steevast verbindingslijnen tussen de private sfeer en de publieke sfeer. Tal van detailstudies in dit boek tonen die dwarsverbindingen helder aan. Van Osselaer leidt het thema prachtig in. Daarna volgen bijdragen over de patriarchale huiscultuur, het huishouden van de pastoor, de genderrelaties in de katholieke aristocratie in de 19de eeuw, de engel van het huishouden … Twee bijzondere bijdragen trokken mijn aandacht: de huiscultus van het Heilig Hart, die toen heel wat om handen had en de cultus voor gestigmatiseerden (Louise Lateau, Catharina von Emmerick en Therese Neumann). Het is een academische studie vol verrassende inzichten in de boeiende periode van het rijke Roomse leven. (JG)

T. VAN OSSELAER E.A., Christian Homes. Religion, Family and Domesticity in the 19th and 20th Centuries., Leuven (Leuven University Press), 2014
39,5 EUR